Een man uit Amsterdam wendt zich tijdens het inloopspreekuur tot de ombudsman en haalt de onderstaande punten aan:

1. Bejegening baliemedewerkster DWI

Op 8 september 2014 meldt hij zich bij de balie van het UWV inzake het aanvragen van een Wwb- uitkering. Omdat hij een verlopen paspoort heeft, komt het niet tot een aanvraag. Hij dient hierover een klacht in. Over de klachtafhandeling is hij tevreden. DWI stelt in de klachtafhandeling dat op basis van het verlopen legitimatiebewijs zijn identiteit vast had kunnen worden gesteld. Zijn gegevens hadden geregistreerd moeten worden en hij had een herstelmogelijkheid van 2 weken moeten krijgen om alsnog een geldige legitimatiebewijs aan te leveren. Dit punt meldt de man als signaal aan de ombudsman.

 

2. Aanvraagdatum Wwb- uitkering

DWI kent op 11 november 2014 de Wwb- uitkering toe. De man vindt dat de aanvraagdatum niet klopt. De ombudsman adviseert hem hiertegen bezwaar te maken. Zolang de bezwaarprocedure loopt ziet de ombudsman geen rol voor zich weggelegd.  

 

3. Diverse contactpersonen

Daarnaast vertelt hij dat hij 4 á 5 contactpersonen bij DWI heeft gehad. Hij weet hierdoor niet met wie hij contact moet opnemen inzake zijn inhoudelijke vragen over zijn uitkering. Omdat hij geen vast contactpersoon heeft moet hij telkens zijn verhaal opnieuw vertellen. Dit meldt de man eveneens als signaal.

 

4. Deelname aan de Collectieve zorgverzekering

Uit een brief van het Zilveren Kruis Achmea blijkt dat het niet duidelijk is of hij verzekerd is. Hij doet een telefonische navraag, er komt alsnog geen duidelijkheid over zijn zorgverzekering. Daarom stuurt de ombudsman een spoed informatieverzoek naar DWI.

DWI laat weten dat de man per 29-1-2015 collectief verzekerd is. Het verschil in aanmelding- en ingangsdatum polis wordt meegenomen in de klachtbehandeling door DWI. Nu er geen spoed meer is ziet de ombudsman geen verdere rol voor zich weggelegd. De signalen zal de ombudsman betrekken bij  het beoordelen van eventueel voorkomende soortgelijke klachten.