Rapporten en zaakverslagen
Gehandicaptenparkeerplaats had al lang opgeheven moeten worden
04-06-2015
Een man vermoedt op grond van eigen waarneming dat al enige tijd geen gebruik meer gemaakt wordt van een invalidenparkeerplaats op kenteken bij hem in de buurt. Op een drukke avond tijdens de wereldkampioenschappen voetbal besluit hij ’s avonds laat de gok te wagen om er te gaan parkeren met het voornemen de auto de volgende ochtend vroeg weer weg te halen. Bij terugkomst bij zijn auto treft hij echter een bon aan die hij overigens zondermeer betaalt. Na verloop van tijd constateert de man dat ook andere parkeerders op de invalidenparkeerplaats per omgaande beboet worden en hij verder nooit een auto met het bijbehorende kenteken op het bord geparkeerd ziet staan. Hij vraagt het stadsdeel na te gaan of er nog wel iemand recht heeft op de parkeerplaats. Dat blijkt niet meer het geval. De rechthebbende is met onbekende bestemming vertrokken en het kenteken op het onderbord bij de parkeerplaats blijkt niet meer te bestaan. Daags na deze constatering wordt de invalidenparkeerplaats door het stadsdeel opgeheven. De man vermoedt dat met het opleggen van de boetes boos opzet in het spel is geweest en wendt zich tot de ombudsman. Er blijkt sprake te zijn van invalidenparkeerplaats die al ruim 10 jaar geleden is uitgegeven in een periode toen –anders dan nu- geen sprake was van periodieke controle. Pas wanneer de man aandacht voor de situatie vraagt blijkt dat de rechthebbende onlangs met onbekende bestemming is vertrokken en de auto vernietigd. Verder licht de ombudsman toe dat anders dan bij naheffingsaanslagen boetegelden voor verkeersovertredingen niet in de gemeente- maar in de Rijkskas vloeien.