Een vrouw wendt zich tot de ombudsman inzake de uitvoering van het groot onderhoud in haar buurt. Zij is van mening dat dit niet goed is uitgevoerd, de grond rondom de bomen is niet verbeterd. Zij heeft hierover contact gehad met medewerkers van het stadsdeel, die geven aan dat de bomen VTA gekeurd zijn en daarmee is de zaak voor hen afgedaan. Zij is het daar niet mee eens en vindt sommige bomen in matige conditie zijn en vindt dat die wel wat meer lucht en voeding kunnen gebruiken.
De ombudsman verwijst haar naar de klachtenprocedure in eerste lijn bij het stadsdeel zelf.