Een vrouw wendt zich tot de ombudsman onder vermelding dat zij in mei j.l. gemeente Almere verzocht heeft haar ex-echtgenoot uit te schrijven. Hij staat ingeschreven op haar adres terwijl hij daar in werkelijkheid niet verblijft. Voor haar levert dit financieel nadeel op omdat ze nu niet de belastingtoeslagen ontvangt waarop zij recht heeft als alleenstaand ouder.

Een medewerkster van de ombudsman vraagt de gemeente kenbaar te maken wat de oorzaak is dat de uitschrijving van de man nog niet heeft plaatsgevonden. Bovendien vraagt de ombudsman of, met het oog op de financiële consequenties voor de vrouw, de gemeente om spoed te zetten achter het onderzoek naar de verblijfplaats van de man.

Een dag later laat de vrouw weten dat zij een brief heeft ontvangen van de gemeente dat haar ex-echtgenoot zich heeft laten uitschrijven met ingang van half augustus. Hiermee is het probleem voor de vrouw opgelost. Het signaal dat de vrouw afgeeft over de duur van het adresonderzoek en de daarmee samenhangende financiële consequenties zijn de ombudsman bekend en daarover zijn de gemeente en de ombudsman met elkaar in gesprek.