Rapporten en zaakverslagen
De trage behandeling van een verzoek om kwijtschelding
10-09-2015
Een man wendt zich tot de Gemeentelijke Ombudsman omdat hij zich niet kan vinden in het feit dat de gemeente zijn verzoek om kwijtschelding van de gemeentebelastingen heeft afgewezen. De gemeente heeft het verzoek afgewezen op grond van het feit dat hij een eigen woning bezit en de waarde van deze woning de hypothecaire schuld overstijgt. Ook beklaagt hij zich in het algemeen over de lange reactietermijn van de gemeente ten aanzien van het verzoek. De ombudsman bekijkt de zaak en concludeert het volgende. Bij de beoordeling van het verzoek om kwijtschelding wordt niet alleen gekeken naar de hoogte van het inkomen, maar ook het vermogen. Ingevolge de Leidraad Invordering gemeente Amsterdam, gebaseerd op de Invorderingswet 1990, wordt de overwaarde op de woning ook als vermogen beschouwd. Dat het vermogen niet direct ten gelde gemaakt kan worden is daarbij irrelevant. De leidraad is vastgesteld door de gemeente Amsterdam binnen de kaders van de landelijke wetgeving. Het bepalen van de inhoud van de leidraad is verder onderdeel van de gemeentelijke beleidsvrijheid waarover de ombudsman ingevolge de Algemene wet bestuursrecht niet bevoegd is om te oordelen. Ten aanzien van de afwijzing ziet de ombudsman in het dossier geen feiten of omstandigheden die hem doen vermoeden dat er sprake is van onbehoorlijk handelen door de gemeente. De man heeft het verzoek om kwijtschelding medio maart 2015 bij de gemeente ingediend. Op 10 augustus jl. heeft hij pas een besluit hierop gekregen. De ombudsman merkt op dat er geen (wettelijke) uiterste termijn voor het afhandelen van kwijtscheldingsverzoeken is. Desalniettemin mag van de gemeente verwacht worden dat binnen een redelijke termijn gereageerd wordt. Onder een redelijke termijn wordt verstaan een termijn van acht weken. In casu heeft de gemeente er vijf maanden over gedaan en dat verdient zeker geen schoonheidsprijs. De ombudsman is voornemens om bij het eerstvolgende overleg Belastingen, gemeente Amsterdam nogmaals te wijzen op de (redelijke) afhandelingtermijnen. De ombudsman deelt de man verder mee dat hij in het dossier verder geen aanknopingspunten ziet om tot nader onderzoek over te gaan en sluit het dossier.