Rapporten en zaakverslagen
Onenigheid over taxatie huizen en stal
10-09-2015
Een man dient, via een gemachtigde, een bezwaarschrift in tegen de WOZ waardebeschikking 2014 (gemeente Zaanstad). In totaal richt het bezwaarschrift zich tegen de waardebepaling van drie verschillende objecten, te weten twee bedrijfswoningen en een stal. De man heeft voor zijn bezwaar een taxateur in de hand genomen (kosten € 500) en verzoekt in het bezwaar ook om vergoeding van deze kosten bij toekenning van het bezwaar.
Op 17 december 2014 krijgt de man ineens een bedrag teruggestort op zijn rekening. Dit is het eerste signaal waaruit blijkt dat zijn bezwaarschrift in ieder geval gedeeltelijk gehonoreerd lijkt te zijn. Kort daarna krijgt de man een brief van het Hoogheemraadschap, gedateerd 29 december 2014, met daarin een verlaging van het te betalen bedrag. Van de gemeente Zaanstad heeft hij op dat moment echter nog steeds geen formele beslissing op zijn bezwaarschrift ontvangen. Op 16 januari 2015 besluit de man te bellen met de gemeente Zaanstad en vraagt om correspondentie aangaande de uitspraak. Een week later ontvangt de man een kopie van de (gewijzigde) waardebeschikking. Op de waardebeschikking was het aanslagbedrag veranderd, maar de waarde van de twee huizen was nog steeds hetzelfde. Een daadwerkelijke beslissing op het bezwaarschrift ontving de man niet. Via de gemachtigde neemt de man opnieuw contact op met de gemeente met het verzoek om de uitspraak op bezwaar toe te sturen. Uiteindelijk krijgt de man op 10 februari 2015 de uitspraak in de bus. De uitspraak is echter gedateerd op 29 december 2014. De man kan zich hier niet in vinden, immers zowel de gemachtigde als hijzelf hebben nimmer de uitspraak ontvangen en nu is meteen ook de beroepstermijn verlopen. Ten aanzien van de twee woningen is het bezwaar gehonoreerd – de waarde is met bijna de helft verlaagd. Echter op het bezwaar gericht jegens de waarde van de stal heeft de gemeente in het geheel niet gereageerd. Het verzoek om vergoeding van de taxatiekosten is ook geheel onbeantwoord gebleven. Er wordt alleen ‘1’ punt proceskostenvergoeding toegekend. Dat komt neer op een bedrag van € 243 euro. De man wenst meer duidelijkheid over de vergoeding.
De ombudsman intervenieert in de zaak en dan blijkt dat de gemeente geen bezwaarschrift heeft ontvangen ten aanzien van de waardebepaling van de stal en daarom dus niet heeft gereageerd. Waar dit aan ligt is voor de ombudsman niet te achterhalen. Mogelijk dat er iets met de post niet correct is verlopen. De gemeente besluit ambtshalve de waardevaststelling voor de stal opnieuw te beoordelen en komt tegemoet aan de wens van de man. De waarde wordt verlaagd. Een gedeelte van de taxatiekosten wordt eveneens vergoed.
Inmiddels krijgt de man de WOZ waardebeschikkingen van 2015 in de bus. Dan blijkt opnieuw dat de waarde van twee panden sterk is gestegen. De man neemt gaat opnieuw in bezwaar tegen de waardevaststelling van alle panden en neemt een taxateur in de hand. De gemeente handhaaft de waarde van één pand en van twee andere panden wordt de waarde weer fors verlaagd. Ook dit keer worden de taxatiekosten (gedeeltelijk) door de gemeente vergoed. De man is tevreden met de uitkomst en de ombudsman ziet verder geen aanknopingspunten om over te gaan tot nader onderzoek.