Een man heeft een kraam op de markt. Elke dag dient de kraam na afloop van de markt naar de opslag vervoerd te worden. De opslag is dicht bij de markt en is in particuliere handen. De man krijgt een conflict met de beheerder van de opslag en de beheerder ontbindt het contract.

Vraag is nu waar de man zijn marktwaar kan opslaan, met andere woorden of hij een alternatief kan vinden voor de opslag. De ombudsman stelt deze vragen aan het stadsdeel, omdat hij ervan vergewist wil zijn dat door dit conflict de man zijn  werkzaamheden niet meer zou kunnen uitoefenen. Het stadsdeel antwoordt, dat er binnen afzienbare tijd een box op de markt beschikbaar komt en dat de man hiervoor in aanmerking kan komen. Naast deze vorm van opslag zouden er nog meer alternatieven zijn. Tot slot verzoekt de ombudsman het stadsdeel de handhaving op te schorten totdat de man de beschikking heeft over de box. Hieraan is het stadsdeel  tegemoet gekomen.

De ombudsman sluit het dossier.