Een man wendt zich tot GO met het volgende: volgens hem had hij in 2000 recht op een gratificatie i.v.m. zijn 40 jarig dienstverband. Door ernstige ziekte van zijn vrouw heeft hij daar toentertijd niet aan gedacht. Hij heeft nooit iets ontvangen en vraagt in maart 2015 alsnog om deze gratificatie. De betrokken bestuurscommissie wijst zijn verzoek af. Ook zijn bezwaar hiertegen wordt afgewezen.

Als reden wordt gegeven, dat de man toentertijd bezwaar had kunnen maken of tegen de eindrekening bij beëindiging van zijn dienstverband in 2008.

De ombudsman vindt de motivatie van het stadsdeel hierin onvoldoende. Het betreft hier een gratificatie, die je als werknemer zelf niet kunt aanvragen. Daarom vraagt de ombudsman het stadsdeel het verzoek opnieuw inhoudelijk te bekijken en een nieuwe beslissing te nemen en daarbij niet alleen naar juridische aspecten te kijken ( alsmede verjaringstermijn en onrechtmatige daad, die de man zelf heeft aangegeven ), maar ook redelijkheid en billijkheid mee te laten weten bij de nieuwe beslissing. Het stadsdeel geeft gehoor aan dit verzoek en neemt een nieuwe beslissing. Daarin kent het stadsdeel de gratificatie alsnog toe.