Een man is eigenaar van een stoom-salonschip waarop hij rondvaarten en evenementen organiseert. In 2011 overtuigt de Gemeente Almere hem ervan Almere Haven als thuisbasis te kiezen. Het historische schip zou bijdragen aan een aantrekkelijk havenbeeld. De man tekent een huurcontract voor vijf jaar. Alvorens hij de overeenkomst aangaat, garandeert de gemeente per e-mail een bepaalde diepgang van de haven. Hiermee zou zijn schip zonder problemen kunnen aan- en afmeren. Na verloop van tijd blijkt de diepgang in de haven echter soms wel een meter minder. De man meldt sinds 2013 problemen met het aan- en afmeren bij de havenmeester en de gemeente. Zo loopt zijn schip regelmatig vast bij in- en uitvaart uit de haven, kan hij niet goed aanmeren aan de steiger, neemt hij verontreinigd koelwater op omdat het schip te laag bij de bodem hangt, is er een groter risico op beschadiging van de boeg en hekschroef, bij hevige storm helt het schip extreem over omdat het op de bodem komt te liggen vanwege de lage waterstand (risico op kapseizen en zinken). De man stelt van de gemeente aanvankelijk geen enkele reactie op zijn meldingen te ontvangen. Uiteindelijk vindt er in 2014 een gesprek plaats met de dienst Stadsbeheer. Stadsbeheer geeft te kennen dat het uit budgettaire overwegingen niet zal overgaan tot het uitbaggeren van de haven, noch bereid is tot de goedkopere optie bestaand uit het uivlakken van de kritische gedeeltes van de haven. De man stelt de gemeente daarop aansprakelijk te zullen stellen voor toekomstige schade en voor het feit dat de gehuurde ligplaats thans niet geheel gebruikt kan worden. Ondanks verschillende rappels en terugbelverzoeken verneemt de man niets op zijn schadeclaim. De gemeente voert uiteindelijk wel een havendieptepeiling uit. De man krijgt in eerste instantie slechts beperkte inzage in de uitkomsten hiervan. Wel is duidelijk dat er op verschillende plaatsen ondiepten zijn waargenomen. Ten aanzien van zijn vragen over aansprakelijkheid , verwijst de gemeente naar de gemeentelijke website over aansprakelijkheidstelling. De man kan zich niet vinden in deze reactie en verwijt de gemeente een non-communicatieve houding. Bovendien zijn zowel Stadsreiniging (een afdeling binnen stadsbeheer) als de man het erover eens dat een andere ligplaats niet voorhanden is. Uiteindelijk vindt er een gesprek plaats tussen de man en stadsreiniging. De man stelt voor om het geld dat hij van de gemeente wil terugvorderen vanwege het niet voldoen aan de huurovereenkomst, te gebruiken om een praktische oplossing te vinden met betrekking tot het begaanbaar maken van de haven. Stadsreiniging ziet volgens de man ook meer in een praktische oplossing dan in een schadeclaim. Over dergelijke maatregelen beslist echter het Advies- en Ingenieursbureau. Zowel Stadsreiniging als de man leggen deze vraag voor aan het advies- en ingenieursbureau. Omdat een reactie uitblijft, wendt verzoeker zich tot de Gemeentelijke Ombudsman.

De Gemeentelijke Ombudsman besluit hierop de zaak te volgen. In de tussentijd heeft de man inmiddels toch een reactie van het advies- en ingenieursbureau ontvangen. Hierin stelt de gemeente toch te willen overgaan tot het uitbaggeren van de haven. Dit zou nog voorafgaand aan het vaarseizoen moeten gebeuren. Hier zitten echter nogal wat haken en ogen aan. Zo kunnen de Flora en Faunawet, de waterbodemkwaliteit of de benodigde vergunningen nog voor vertraging zorgen. In een volgende reactie stelt dat man dat de gemeente niet is ingegaan op zijn compensatievoorstel. De man heeft immers sinds 2013 zijn activiteiten niet volledig kunnen ontplooien en heeft daarom schade geleden. De Gemeentelijke Ombudsman dringt bij Stadsbeheer aan op een reactie op zijn voorstel. De man en de ombudsman vernemen hierop dat de man als compensatie met terugwerkende kracht vanaf 1 januari 2015 tot en met het moment dat de problemen met de havendiepte zijn opgelost, geen huur voor zijn ligplaats zal vragen. In de periode die hierop volgt vindt er regelmatig overleg plaats tussen de man en de gemeente Almere. De ombudsman verneemt tot slot van stadsbeheer dat de werkzaamheden in het najaar van 2015 kunnen worden gestart. Nu de gemeente de man tegemoet is gekomen in zowel zijn compensatievoorstel als zijn wens tot het uitbaggeren van de haven, sluit de ombudsman het dossier.