Liesbeth* dient in oktober 2014 een klacht in bij via het online klachtenformulier omdat zij gehoord heeft dat Stadsdeel Zuidoost  van plan is een boom achter haar woning te kappen. Die zou te dicht bij de gevel staan. Zij ontvangt een ontvangstbevestiging maar verder geen inhoudelijke reactie. De boom wordt gekapt in maart 2015. Liesbeth heeft sindsdien last van inkijk van haar overburen. Zij wil daarom een vergoeding voor het aanschaffen van gordijnen. De ombudsman vraagt het stadsdeel naar de gang van zaken met betrekking tot behandeling van de klacht en met betrekking tot de kap van de bomen. Uit het dossier van het stadsdeel blijkt dat naar aanleiding van de klacht van de vrouw besloten is dat de wijkopzichter persoonlijk langs zou gaan bij de vrouw. Of de wijkopzichter al dan niet is langsgeweest valt niet te achterhalen. Voor de ombudsman staat hiermee wel vast dat de klacht van de vrouw niet zorgvuldig behandeld is. Als de wijkopzichter wel is langsgegaan en haar niet thuis trof, had het stadsdeel de klacht schriftelijk moeten beantwoorden. Het stadsdeel is het eens met de ombudsman en biedt haar excuses aan de vrouw aan. Verder blijkt dat het verzoek tot het kappen van de boom van de directe buren van de vrouw afkomstig is geweest. Omdat de boom veel daglicht aan verschillende woningen ontnam is besloten deze weg te halen. de aanvraag en de vergunning zijn in januari 2015 juist gepubliceerd. Hiertegen kon bezwaar worden gemaakt maar Liesbeth heeft daar geen gebruik van gemaakt. Daarom doet de ombudsman geen nader onderzoek naar de gang van zaken. Bovendien is de boom al gekapt is. Wel heeft de ombudsman het stadsdeel erop gewezen dat de manier waarop op de klacht is gereageerd en is gereageerd niet zorgvuldig is. De ombudsman heeft vervolgens het verzoek om een vergoeding voor de aanschaf van gordijnen voorgelegd aan het stadsdeel maar dit vindt de inkijk van buren geen argument  om tot vergoeding over te gaan.

*gefingeerde naam