In april 2013 opent een warenhuis haar deuren in een winkelstraat in het centrum. Meneer De Vries* woont daar schuin boven. Met de komst van de winkel neemt de geluidsoverlast fors toe. Hoewel meneer De Vries al meer dan vijftien jaar op deze plek woont heeft hij alleen structureel last van deze winkel. Vanaf de opening heeft hij eindeloos veel gesprekken gevoerd met medewerkers van de winkel. Na anderhalf jaar aandringen is de rijplaat - die wordt gebruikt om over de drempel van de winkel te komen - voorzien van een extra dempende laag. Dit heeft wel iets geholpen maar het overgrote deel van de overlast houdt aan. De winkel zegt al voldoende te hebben gedaan voor de omwonenden. Naar aanleiding van klachten van bovenburen over lawaai van de karren in de koelruimte de vloer glad gemaakt. Maar volgens meneer De Vries was dat niet het ergste probleem. Volgens hem wordt voor de winkel zeven dagen per week geladen en gelost. Het besluit waarin staat dat laden/lossen op zondag is toegestaan, is - door een bezwaar van één van de andere buren - ingetrokken. Volgens De Vries weigert Stadsdeel Centrum te handhaven. De winkel heeft er volgens hem in overleg met het stadsdeel zelfs voor gekozen om op zondag vanaf een verder gelegen plek te laden en te lossen. De afstand die de karren afleggen is daarmee is vergroot van enkele meters tot circa vijfendertig waardoor de overlast juist is toegenomen. De vele pogingen van meneer De Vries om het stadsdeel ervan te overtuigen om te handhaven, zijn volgens hem stukgelopen. Hij ervaart de bejegening door het stadsdeel als onaangenaam en frustrerend en vindt dat zij extreem traag reageren. Ook is van mening dat hij in de (mondelinge) communicatie als persoon wordt gedemoniseerd. De ombudsman constateert dat er sprake is van een meningsverschil tussen de man en het stadsdeel over de (juridische) interpretatie van een laad- /losverbod. Maar hij zal over de juistheid van het standpunt van de gemeente of van meneer De Vries geen oordeel vellen. De gang naar de rechter is daarvoor de meest voor de hand liggende route. De winkel heeft volgens de ombudsman voldoende maatregelen genomen om de geluidsoverlast te beperken. De bejegening van meneer De Vries verdient het stadsdeel volgens de ombudsman zeker geen schoonheidsprijs. Hij zal dit tijdens zijn reguliere gesprekken met het stadsdeel onder de aandacht brengen. Om het vertrouwen tussen meneer De Vries, het stadsdeel en de winkel te herstellen, heeft de ombudsman een gesprek met alle betrokken partijen georganiseerd. Hij sluit vervolgens het dossier.

*gefingeerde naam