Mevrouw X meldt telefonisch zich grote zorgen te maken over een brief die zij heeft ontvangen van de Sociale Verzekeringsbank (SVB) over haar Persoonsgebondenbudget (PGB). De SVB heeft geen bericht ontvangen van de gemeente Amsterdam dat haar PGB wordt verlengd en dus wordt er met ingang van 1 mei geen geld meer overgemaakt. In december heeft het keukentafelgesprek plaatsgevonden en is vastgesteld dat ze 40 minuten uitbreiding huishoudelijke hulp krijgt. Ze ontvangt een nieuw besluit. De toekenning loopt van 1 mei 2016 t/m 30 april 2021, maar voor de periode tussen 1 januari en mei is niets geregeld. Op haar aandringen ontvangt ze alsnog een beslissing, maar de 40 minuten extra zijn daarin niet verwerkt. Als zij vervolgens op 1 april de brief ontvangt van het SVB dat haar PGB stopt per 1 mei is voor haar de maat vol en belt ze naar de ombudsman. Deze vraagt aan de gemeente de SVB te informeren over het PGB van de vrouw en na te gaan wat er mis is gegaan. De gemeente laat weten dat er iets is misgegaan in het digitale verkeer tussen de gemeente en de SVB en het gevolg is geweest dat meer mensen een brief hebben ontvangen zoals die aan mevrouw X. De gemeente heeft de SVB opnieuw de informatie toegestuurd. Op verzoek van de ombudsman wordt tevens met terugwerkende kracht alsnog het PGB van de vrouw uitgebreid met de extra 40 minuten huishoudelijke hulp in de periode januari tot mei.