Een man meldt aan de gemeente Zaanstad, dat zich naast een openbaar pad een boom bevindt die zodanig verrot is dat hij een gevaar kan vormen voor gebruikers van het pad. De gemeente antwoordt dat er een controle heeft plaatsgevonden, dat de eigenaar van de boom zelf verantwoordelijk is en de gemeente daarbij niet kan helpen; de man kan een civiele procedure starten. De man is niet tevreden en vraagt wat de ombudsman er van vindt. De ombudsman stuurt de klacht door naar Zaanstad en vraagt om aandacht te besteden aan het veiligheidsaspect in de klachtafhandeling. Hij adviseert de man om de reactie van Zaanstad even af te wachten. Als hij niet tevreden is over de klachtafhandeling, kan hij opnieuw contact met de ombudsman opnemen. Zaanstad neemt de klacht in behandeling en laat weten dat een boomexpert de situatie gaat bekijken.