Een bewoonster van de binnenstad meldt meerdere keren bij de gemeente dat er een matras gedumpt is in haar straat. Als de matras na drie weken nog niet is opgehaald door het grof vuil wendt zij zich tot de ombudsman. Deze neemt contact op met de bewoonster die laat weten dat de matras net verwijderd is. Ze vertelt dat er vaker (grof) vuil gedumpt wordt en er wordt afgesproken dat de bewoonster met de ombudsman belt wanneer zich weer een soortgelijke situatie voordoet.