Een vrouw wendt zich tot de ombudsman omdat zij vragen heeft over een bezwaarprocedure. De vrouw vraagt begin 2018 een onttrekkingsvergunning woningbestand aan. De vergunning wordt afgewezen en hiertegen gaat de vrouw in bezwaar. Omdat zij niets meer van de gemeente verneemt, vraagt zij opnieuw een vergunning aan. De vergunning wordt opnieuw afgewezen en hiertegen gaat de vrouw in bezwaar. De gemeente komt er tijdens de behandeling van dit bezwaar achter dat de vrouw al eerder een bezwaar heeft ingediend. De vrouw kan ook aantonen dat zij dit bezwaar daadwerkelijk heeft verstuurd. De vrouw klaagt over het feit dat zij 9 maanden in het ongewisse is gelaten. Dat er niet eerder op haar bezwaar is gereageerd. De vrouw wil weten of zij de vergunning hierdoor kan afdwingen. De ombudsman legt de vrouw uit dat niet hij beoordeelt of de vrouw de vergunning wel/niet krijgt. Dat hij zich daarentegen wel kan uitlaten over de communicatie en het proces rondom de vergunningaanvraag. Omdat de vrouw hier nog niet eerder over heeft geklaagd, spreekt de ombudsman met de vrouw af dat hij haar klacht doorstuurt naar de eerstelijn. De ombudsman spreekt met de vrouw af, dat als zij het niet eens is met de afhandeling van haar klacht, zij zich te allen tijde weer tot de ombudsman kan wenden.