Een man, woonachtig in het Amsterdamse stadsdeel Nieuw-West,  parkeert zijn auto graag voor de deur. Bij het inparkeren botst hij regelmatig tegen de betonnen band die een boom beschermt. De oorzaak ligt in het feit dat het wegdek is verzakt en de betonnen band daardoor een stuk hoger is dan toen de weg en stoep werden aangelegd. Hij legt het probleem aan de gemeente voor en vraagt om de betonnen band te verlagen. De gemeente is daartoe niet bereid omdat de betonnen band zoals die is aangelegd bij het ontwerp van de straat hoort. De man kan zich in deze afdoening niet vinden en legt de zaak aan de ombudsman voor. De ombudsman stelt een onderzoek in. Stadswerken laat een boomspecialist naar de boom kijken die vaststelt dat de betonnen band kan worden verlaagd zonder dat de wortels van de boom daar schade van zullen ondervinden. Stadswerken is daarom alsnog bereid de betonnen band te verlagen. De man is blij met deze uitkomst.