Een man bewoont een monument in stadsdeel Zuid. Omdat er een wijziging van de splitsingsakte ophanden is, heeft hij de bouwtekeningen van het pand nodig. Bij navraag krijgt de man te horen dat de tekeningen niet meer bestaan. Later verneemt hij dat ze niet zijn gedigitaliseerd en daarom niet beschikbaar zijn. Hij roept de hulp van de ombudsman in om de tekeningen boven water te krijgen. De ombudsman stuurt zijn klacht door naar de gemeente, met het verzoek te bekijken wat er mogelijk is voor de man. Mocht de man niet tevreden met de reactie van de gemeente kan hij zich weer tot de ombudsman wenden. Die kan dan verder bezien wat hij hierin kan betekenen.