Een vrouw wendt zich tot de ombudsman. Ze woont in een nieuwbouwwijk. Deze wijk is nog in ontwikkeling en dit betekent dat er zich wat problemen voordoen. Zo zijn er (fiets)paden met veel gaten, na regenval is er veel wateroverlast en er zijn stukken onverlicht. De vrouw heeft hierover een klacht ingediend, maar op deze klacht wordt niet gereageerd. Als ze haar klacht naar de wethouder stuurt wordt deze alsnog opgepakt. Een ambtenaar gaat samen met de vrouw op locatie kijken en volgens de vrouw zijn er toen een aantal toezeggingen gedaan die nog steeds niet zijn nagekomen. De ombudsman informeert hiernaar bij de gemeente. De gemeente laat weten dat er inderdaad met de vrouw op locatie is gekeken. Daarbij zijn de problemen en de oplossingen besproken. De gemeente heeft al voor een aantal problemen geprobeerd om met tijdelijke oplossingen te komen, maar maakt voor een aantal andere de afweging dat ze dit meenemen in de structurele oplossing. De fietspaden zullen bijvoorbeeld bij de terreinafwerking opnieuw worden aangelegd. Wat de verlichting betreft is er sprake van o.a. problemen bij de netbeheerder. De gemeente werkt er aan, maar het is helaas nog niet zo snel opgelost als zij wil. Daarnaast heeft de gemeente een bewonersplatform opgericht om een plek te bieden waar bewoners collectief problemen kunnen prioriteren en aandragen. Het is in dit gebied helaas niet mogelijk om aan ieder individueel probleem tegemoet te komen. Hoewel de gemeente er niet in slaagt om alle problemen op korte termijn snel weg te nemen, acht de ombudsman dat zij naar alle redelijkheid en behoorlijkheid de bewoners wel tegemoet probeert te komen. Betrokkenheid van de ombudsman zal verder geen concrete veranderingen opleveren. De ombudsman ziet derhalve geen rol voor zichzelf weggelegd en sluit het dossier.