Een man klaagt al maanden bij diverse ambtenaren over de lawaaioverlast van klapperende roosters tussen de traimrails ten behoeve van de luchttoevoer van de Noord-Zuidlijn. Tot op heden is dit probleem niet opgelost en de man weet ook niet goed waar hij moet zijn. Daarom biedt de ombudsman hem aan zijn klacht door te sturen naar de afdeling Metro en Tram en vraagt hem de reactie even af te wachten. Mocht de man niet tevreden zijn over de reactie kan hij de ombudsman weer benaderen.