Een man stuurt uit naam van een aantal oudere kunstenaars een brief aan de wethouder, omdat hij het niet eens is met de voorgenomen huuropzegging aan één van de huurders van een atelierruimte. Het gaat om een kunstenaar die al vanaf 1969 in het pand werkzaam is. De groep kunstenaars heeft het pand destijds voor sloop behoed. Sinds 1974 is het pand in bezit van de gemeente. De ombudsman adviseert de man het antwoord van de wethouder af te wachten. Wanneer hij dit niet binnen zes weken ontvangt kan hij zich opnieuw tot de ombudsman wenden. Dat kan ook wanneer hij het niet eens is met het antwoord. Enige tijd later laat de man weten dat de klacht wordt ingetrokken omdat er een nieuw huurcontract is getekend.