Een man stelt dat hij een klacht bij de gemeente Amsterdam heeft ingediend en dat hierop geen (schriftelijke) reactie volgt. Hij geeft de ombudsman een referentienummer door en vraagt hem om hulp. Deze doet navraag bij de afdeling Dienstverlening en verzoekt haar om contact met de man op te nemen. De man zelf wil graag schriftelijk communiceren. De ombudsman adviseert de man om de reactie van de gemeente even af te wachten. Mocht hij niets horen of is hij het niet eens met het antwoord dan kan hij altijd weer contact met de ombudsman opnemen. Dat gebeurt echter niet en het dossier wordt daarom gesloten.