Een bewoner van Amsterdam heeft twee auto's die op naam van zijn bedrijf staan. Hij heeft een parkeervergunning en maakt afwisselend gebruik van de ene dan wel de andere auto. Als de man op 25 april 2019 het kenteken wil laten overschrijven blijkt dat de parkeervergunning (al langdurig) op het verkeerde kenteken staat. De man heeft echter nog geen enkele naheffingsaanslag (nha) ontvangen. Kort daarop ontvangt de man 31 nha's over de periode eind maart-eind april 2019. De man tekent hiertegen bezwaar aan omdat hij de totale boete van 31 nha's disproportioneel vindt. Het bezwaar wordt ongegrond verklaard. De man betaalt de nha's (ongeveer € 2000,-) en tekent beroep aan. Op 13 juli 2019 ontvangt de man 81 nha's. Het betreft 50 "nieuwe" nha's en de 31 nha's waartegen hij reeds in beroep is gegaan. De 50 nha's hebben betrekking op de eerste maanden van 2019. De man tekent ook hier bezwaar aan en ook dit wordt ongegrond verklaard. De man realiseert zich dat hij een fout gemaakt heeft met het kenteken maar dat de kosten van 81 nha's disproportioneel zijn en met name veroorzaakt zijn omdat het heel lang geduurd heeft voordat hij de nha's ontvangen heeft. Als hij na een week de eerste nha ontvangen had, had hij zijn fout direct kunnen herstellen en had hij veel minder nha's ontvangen. De man legt dit voor aan de ombudsman. Deze is van mening dat het groot aantal nha's met name te wijten is aan het feit dat de man de eerste nha pas ontving toen er al 81 waren uitgeschreven. Hij verzoekt de gemeente het aantal nha's tot een redelijk aantal terug te brengen. De gemeente laat weten dat door een fout in het systeem de man de nha's zo laat ontvangen heeft en dat de nha's alsnog kwijtgescholden zullen worden. De ombudsman sluit hierop het dossier. Wel zal hij het achterliggende probleem dat er soms zeer veel nha's worden uitgeschreven zonder dat gekeken wordt wat er aan de hand is blijven agenderen in zijn gesprekken met de gemeente.