Een inwoonster van West kan zich niet vinden in het besluit van het stadsdeel om in haar straat éénrichtingsverkeer in te stellen en laad- en losplekken te creëren, waarop buiten venstertijden geparkeerd mag worden. Volgens de inwoonster zijn extra parkeerplekken op deze laad- en losplekken niet nodig en ontnemen deze bovendien haar uitzicht op het plantsoen. In bezwaar heeft zij dit aan de orde gesteld. Het stadsdeel is, met de bezwaarcommissie, van oordeel dat dit besluit gelet op de hoogte van de parkeerdruk gerechtvaardigd is. Het stadsdeel verklaart het bezwaar op dat onderdeel dan ook ongegrond. De inwoonster kan zich hier niet in vinden en wendt zich tot de ombudsman. Die heeft geen vermoeden van onbehoorlijk handelen en sluit het dossier.