Een jonge moeder klaagt bij de kinderombudsman. Ze woont met haar kinderen in een Tienermoedertraject van Altra maar moet daar weg omdat ze zich niet aan de regels heeft gehouden. Er is echter nog geen alternatieve huisvesting gevonden en ze kan niet in haar eigen netwerk terecht. De kinderombudsman spreekt met zowel de GGD als Altra, en iedereen is het ermee eens dat het natuurlijk niet zo kan zijn dat het gezin op straat komt te staan. Op het laatste moment wordt er door Altra alternatieve huisvesting aangeboden, ter overbrugging van de tijd die er nodig is om tot een passend vervolgtraject te komen. De kinderombudsman hoort vaker dat (zorg-)trajecten niet op elkaar kunnen aansluiten, bijvoorbeeld door wachtlijsten of moeilijkheden rondom financiering. Zij snapt dat trajecten die niet passend blijken gestopt moeten worden, maar ze benadrukt het belang van continuïteit voor de kinderen en jongvolwassenen die gebruik maken van zorgtrajecten, vaak met huisvesting. Het belang van de kinderen moet bij dit soort besluiten te allen tijde voorop staan.