Een inwoner van Zaanstad dient bij de IND een verzoek tot naturalisatie in. De IND wijst dit verzoek af om twee redenen: de man heeft geen nationaliteit- en identiteitvaststellende documenten overlegd en ook heeft bij zijn verzoek geen bereidheidsverklaring tot afstand van zijn oorspronkelijke nationaliteit gevoegd. De man gaat in bezwaar tegen de afwijzing. Ook klaagt hij bij de gemeente, want de gemeenteambtenaar is de bereidheidsverklaring bij de intake vergeten. Om die reden heeft hij dat formulier niet kunnen ondertekenen en meesturen met zijn aanvraag. Hij vraagt de gemeente om de bereidheidsverklaring alsnog te leveren en na te sturen aan de IND. Ook verzoekt hij tot terugbetaling van de leges. De gemeente erkent de fout, maar komt hem verder niet tegemoet. Hierover klaagt hij bij de ombudsman. De gemeente legt aan de ombudsman uit dat zij het ontbrekende document nu niet meer te kunnen toevoegen. De IND vraagt de gemeente bovendien zelf  om een ontbrekend document aan te leveren indien zij een onvolledig verzoek ontvangen, welke wel positief zal worden beoordeeld indien het compleet zou zijn. Het feit dat er in dit geval niet is gevraagd om het ontbrekende document, betekent blijkbaar dat de andere grond voldoende reden tot afwijzing was. Wel verklaart de gemeente dat zij het ontbrekende formulier direct en zonder nieuwe leges te heffen zullen leveren indien de IND positief besluit op het bezwaar dat de man indiende. Het niet terugbetalen van de leges aan de man komt de ombudsman met deze toezegging niet onbehoorlijk voor. Wel had deze toezegging in de initiële klachtafhandeling gedaan kunnen worden. Ook had een excuus voor de gemaakte fout voor de hand gelegen. Zaanstad neemt deze aanbeveling ter harte en het dossier wordt gesloten.