Rapporten en zaakverslagen
Niet meer in parkeergarage met gehandicaptenparkeerkaart
19-10-2020
Een man heeft een bewonersparkeervergunning en een gehandicaptenparkeerkaart (GPK) voor bestuurders. In 2014 verhuist hij naar een ander vergunningsgebied en mag hij de auto, in het kader van gemeentelijk beleid (gericht op zoveel mogelijk auto’s van de straat halen), in een parkeergarage parkeren. Dit gaat jarenlang goed totdat hij zijn GPK moet verlengen. Hij mag zijn auto nu niet meer in de parkeergarage parkeren en blijkt ook geen bewonersparkeervergunning meer te hebben. De man dient een klacht in bij de gemeente en wil in de parkeergarage kunnen parkeren en stelt dat hij nog in het bezit is van een bewonersparkeervergunning. Hij legt de zaak voor aan de ombudsman. Het blijkt dat de regeling om in de parkeergarage te mogen parkeren alleen is voor personen met een GPK voor bestuurders. In 2019 is de GPK van de man omgezet naar een passagierskaart. De ombudsman vraagt aan de gemeente of er een oplossing gevonden kan worden voor de man zodat deze zijn auto toch in de parkeergarage kan parkeren. De gemeente laat weten dit te zullen regelen. De ombudsman concludeert dat de gang van zaken niet de schoonheidsprijs verdient nu een en ander lang geduurd heeft en niet altijd eenduidig was. Nu er alsnog een oplossing is gevonden acht de ombudsman een nader onderzoek niet zinvol en sluit hij het dossier.