Een man heeft parkeervergunning. Als hij (hemelsbreed 300 meter verderop) verhuist moet hij zijn oude parkeervergunning opzeggen en een nieuwe aanvragen. De wijziging loopt mis omdat er door een typefout een verkeerd kenteken wordt ingevoerd. De man ontvangt vervolgens tien naheffingsaanslagen. Nadat hij in bezwaar gaat worden deze kwijtgescholden. Daarna gaat het weer fout omdat de bedragen voor de oude vergunning en de nieuwe vergunning (die in verkeerde maand geactiveerd is) niet overeenstemmen. De man moet opnieuw bezwaar aantekenen waarna het weer hersteld wordt. Hij heeft een suggestie voor de gemeente, namelijk dat de parkeervergunning wordt gekoppeld aan de Basisregistratie personen (BRP). De parkeervergunning kan dan gewoon "meeverhuizen" als een Amsterdammer binnen de stad verhuist. De ombudsman zal deze suggestie agenderen voor het volgende overleg met de afdeling parkeren van de gemeente.