Een moeder is de curator van haar meervoudig gehandicapte dochter. De dochter beschikt over een Amsterdamse Parkeerkaart Passagier. Op deze kaart mogen drie kentekens staan van auto’s waarmee zij vervoerd wordt. Vanwege een wisseling in de begeleiding van haar dochter, wil de moeder een wijziging van een van de kentekens doorgeven aan Cition. De moeder belt met het gemeentelijk callcenter welke stukken zij hiervoor nodig heeft. Met deze stukken gaat zij vervolgens naar de balie van Cition. De baliemedewerker vraagt om een identiteitsbewijs van haar dochter. De moeder legt uit dat zij curator van haar dochter is en daarmee in alle opzichten haar wettelijk vertegenwoordiger. Zij overlegt daartoe de beschikking van de rechtbank inzake curatele en haar eigen paspoort Ook legt zij uit dat zij niet kan beschikken over het identiteitsbewijs van haar dochter. Een aanvraag voor een nieuw identiteitsbewijs is namelijk in behandeling, maar er is vertraging opgelopen omdat de dochter te ziek is om een pasfoto te laten maken. Wel overlegt zij een kopie van het oude legitimatiebewijs van haar dochter. De baliemedewerker neemt de aanvraag echter niet in behandeling.

De moeder dient hierover een klacht in bij Cition. De volgende ochtend wordt haar excuses aangeboden voor het ongemak en gevraagd om met de huidige papieren nogmaals naar de balie te komen om de wijziging alsnog in orde te maken. De baliemedewerker die zij daar treft neemt haar aanvraag echter wederom niet in behandeling. Hij laat verder weten dat hij niets te maken heeft met eventuele toezeggingen van collega’s.

De ombudsman oordeelt dat het opvragen van de legitimatie van de vergunninghouder - in dit geval de dochter- juridisch niet juist en bovendien niet gepast was. De beschikking van de rechtbank inzake curatele en een eigen legitimatie van de moeder hadden moeten volstaan. Door strikt vast te houden aan de eigen voorschriften, zonder de relevante feiten en het belang van de moeder af te wegen, heeft Cition geen blijk gegeven van een deugdelijke redenering. Verder is door de informatieverstrekking van het gemeentelijk callcenter en daarna de toezegging van Cition dat het in orde gemaakt zou worden, de verwachting gewekt dat de aanvraag in behandeling zou worden genomen. Door verzoekster onaangenaam te bejegenen en haar tweemaal onverrichter zake weg te sturen, heeft Cition het vertrouwen beschadigd.

Aanbeveling

De ombudsman verzoekt de wethouder Cition voor te schrijven hoe te handelen bij een aanvraag van een vergunning, in het geval van beperking van de beschikkingsbevoegdheid - zoals bij curatele- van degene voor wie de vergunning bestemd is.

Opvolging

Zowel de wethouder als Cition hebben de ombudsman laten weten dat bij beperking van beschikkingsbevoegheid er geen legitimatie van de vergunninghouder nodig is. Toezeggingen medewerkers dienen te worden nageleefd (tenzij deze in strijd zijn met de regels van de Parkeerverordening en het Uitwerkingsbesluit).