Rapporten en zaakverslagen
Driejarig kind blijft alleen ingeschreven
20-09-2011
Een vrouw verhuist naar een woning in Stadsdeel Oost. Als ze naar het stadsdeel gaat om zich in te laten schrijven op haar nieuwe adres in de Gemeentelijke Basisadministratie (GBA) blijken er nog twee personen op haar adres ingeschreven te staan, een man en zijn - toen- driejarige kind. Om deze personen te kunnen uitschrijven, moet de Dienst Persoons- en Geo-informatie (DPG) eerst het adres onderzoeken. Het stadsdeel stuurt dan ook een aanvraag adresonderzoek naar DPG. De vrouw blijft echter zelfs na een paar maanden nog post voor de man en het kind ontvangen. Ook ontvangt ze een aanslag afvalstoffenheffing voor een meerpersoonshuishouden. Ze gaat in het voorjaar van 2010 terug naar het stadsdeel. De man blijkt na zijn vestiging in Zaanstad wel uitgeschreven te zijn maar het kind niet. DPG start opnieuw een onderzoek. De post voor het kind blijft ook enkele maanden daarna nog komen en de vrouw meldt zich voor de derde keer bij het stadsdeel. Het kind zou naar het buitenland zijn verhuisd. Het duurt de vrouw te lang voordat het kind wordt uitgeschreven en ze dient een klacht in bij Stadsdeel Oost. Daarnaast wendt ze zich tot de ombudsman.
Uit navraag van de ombudsman blijkt dat het stadsdeel de klacht naar DPG heeft gestuurd, maar dat DPG de klacht niet heeft ontvangen. Uit onderzoek van de ombudsman blijkt vervolgens dat DPG in het eerste onderzoek de man en het kind twee keer heeft aangeschreven. Hierin vraagt de dienst om te reageren en informeert de dienst hen over het voornemen om hen uit te schrijven. Daar is geen reactie op gekomen. Vervolgens ontvangt DPG bericht van de gemeente Zaanstad dat de man zich daar heeft ingeschreven. DPG stopt daarop het onderzoek, zonder iets met de inschrijving van het kind te doen. Naar aanleiding van signalen van de vrouw schrijft DPG het kind in maart en augustus nog een keer aan voordat het uiteindelijk in september met ingang van 27 januari wordt uitgeschreven. Verder blijkt de vrouw door het stadsdeel en DPG niet
geïnformeerd te zijn over de uitvoering en de uitkomst van het onderzoek. Ook is zij niet geïnformeerd over de doorzending van haar klacht naar DPG.
DPG had het kind naar aanleiding van het eerste onderzoek, gelijktijdig met de vader, uit moeten schrijven, aangezien er geen reactie op de aanschrijvingen was gekomen.
Door dit niet te doen heeft het kind onnodig lang ingeschreven gestaan. Ook had het stadsdeel de vrouw moeten informeren over de werkwijze bij het onderzoek en de doorzending van haar klacht naar DPG. DPG had haar op de hoogte moeten brengen van de uitkomsten van de onderzoeken.
Aanbeveling
De ombudsman verzoekt de burgemeester te bevorderen dat bij uitschrijving van ouders uitdrukkelijk de situatie van een overblijvend kind wordt onderzocht.
Opvolging
Opvolging
Op verzoek van de burgemeester stuurt de Dienst Persoons- en Geo-informatie (DPG) een reactie. Hierin erkent de dienst dat het van belang is dat een adresonderzoek pas wordt afgesloten nadat het is afgerond ten aanzien van alle personen die bij het onderzoek zijn betrokken. Dit is ook onder de aandacht gebracht bij de manager van de afdeling Handhaving.