Nederlandse kinderen groeien op in armoede door verblijfsstatus ouder
Geen warme maaltijd 's avonds, van adres naar adres zwerven of soms zelfs uit huis geplaatst worden omdat je gezin in armoede leeft. Dat is de realiteit van veel kinderen met een vader of moeder zonder verblijfsvergunning. Deze kinderen hebben de Nederlandse nationaliteit of een verblijfsvergunning, maar door de Koppelingswet heeft hun gezin geen recht op toeslagen, bijstand of opvang.
De Amsterdamse Kinderombudsman Anne Martien van der Does brengt vandaag samen met de Nationale Kinderombudsman en de Kinderombudsmannen van Den Haag en Rotterdam het rapport ‘Nederlandse kinderen ontkoppeld’ uit. De ombudsmannen doen gezamenlijk aanbevelingen aan het adres van het Rijk en gemeenten ter verbetering van de situatie van Nederlandse kinderen van illegale ouders en kinderen met een verblijfsvergunning.
In het rapport komt naar voren dat de armoede waar deze gezinnen mee kampen drie oorzaken heeft die deels samenhangen met de verblijfsstatus van ouders. Zo mag een ouder zonder verblijfsvergunning niet werken in Nederland. Daarnaast bepaalt de Koppelingswet dat een gezin geen toeslagen en bijstand krijgt van de Nederlandse overheid als een van de ouders niet in Nederland mag wonen. Tot slot is het in Nederland voor kinderen niet mogelijk om zelf geld te krijgen van de overheid omdat de Nederlandse overheid hier een voorbehoud op heeft gemaakt in het Kinderrechtenverdrag.
Door een uitspraak van het Europese Hof van Justitie in mei 2017 in de zaak Chavez-Vilchez komt er naar verwachting voor een deel van de kinderen een oplossing. Als hun ouder zonder verblijfsvergunning de verzorgende ouder is, kan deze alsnog verblijfsrecht krijgen. Maar deze oplossing geldt lang niet voor alle kinderen met een ouder zonder verblijfsvergunning. De Kinderombudsmannen roepen daarom het kabinet, gemeenten en andere overheidspartijen op om de situatie van al deze kinderen te verbeteren en doet hiervoor tien voorstellen.
Zo moeten de belangen van kinderen een belangrijkere rol en een zwaarder gewicht krijgen bij de beslissing of een ouder een verblijfsvergunning krijgt. Als er maar één ouder voor de kinderen zorgt, moet de overheid helpen om van de andere ouder geld te krijgen om in de levensstandaard te kunnen voorzien door middel van het leveren van maatwerk. Daarnaast moet de Koppelingswet worden aangepast, zodat een gezin met een ouder zonder verblijfsvergunning toch gebruik kan maken van toeslagen en bijstand. Ook moet het mogelijk worden dat kinderen zelf geld krijgen van de overheid, zeker als dat niet via hun ouders kan.
De handreiking bij het rapport 'Nederlandse kinderen ontkoppeld' vindt u hier