Rapporten en zaakverslagen
Rapport -Amsterdam (zaaknr.: RA1050954)
Bezig met betalen, toch parkeerbon
28-05-2010
Een automobiliste parkeert haar auto op het Gelderlandplein in Amsterdam en loopt naar de dichtstbijzijnde parkeerautomaat, die defect blijkt te zijn. Op weg naar een andere automaat passeert ze haar auto en ziet ze een controleur van de Dienst Stadstoezicht een naheffingsaanslag (nha) uitschrijven. Ze vertelt dat ze op weg is van de defecte automaat naar de volgende. De controleur zegt haar niet bij de automaat te hebben gezien, maar een collega-controleur bevestigt dat de motorkap nog warm is. De controleurs constateren desgevraagd beide ter plekke dat de automaat defect is. De controleur trekt de nha niet in. Een omstander meldt zich op dat moment om te getuigen dat de vrouw bij de defecte automaat was. De automobiliste maakt bezwaar tegen de nha met vermelding van de contactgegevens van de getuige. De Dienst Stadstoezicht verklaart haar bezwaar ongegrond met de motivering dat de controleur stellig en schriftelijk heeft verklaard haar niet bij een parkeerautomaat te hebben gezien. De getuige is niet gehoord.
De vrouw stuurt daarop een verzoek om herziening ondersteund door een schriftelijke verklaring van de getuige. Tevens wendt zij zich tot de ombudsman.
Na interventie door de ombudsman heroverweegt de dienst de naheffingsaanslag en trekt deze alsnog in. De ombudsman constateert dat de dienst bij de behandeling van het bezwaarschrift onvoldoende heeft beoordeeld of het aannemelijk is dat verzoekster betalingshandelingen aan het verrichten was, zeker nu er een getuige is. In plaats daarvan legt de dienst de nadruk op de verklaring van de controleur.
Naar aanleiding van rapport
Op 19 oktober 2010 laat de wethouder weten dat Cition naar aanleiding van dit rapport zal nagaan of het afwegingskader van beslissingen op bezwaar ten opgelegde naheffingsaanslagen dient te worden heroverwogen.
De vrouw stuurt daarop een verzoek om herziening ondersteund door een schriftelijke verklaring van de getuige. Tevens wendt zij zich tot de ombudsman.
Na interventie door de ombudsman heroverweegt de dienst de naheffingsaanslag en trekt deze alsnog in. De ombudsman constateert dat de dienst bij de behandeling van het bezwaarschrift onvoldoende heeft beoordeeld of het aannemelijk is dat verzoekster betalingshandelingen aan het verrichten was, zeker nu er een getuige is. In plaats daarvan legt de dienst de nadruk op de verklaring van de controleur.
Naar aanleiding van rapport
Op 19 oktober 2010 laat de wethouder weten dat Cition naar aanleiding van dit rapport zal nagaan of het afwegingskader van beslissingen op bezwaar ten opgelegde naheffingsaanslagen dient te worden heroverwogen.