Een vrouw deelt een auto met haar partner met wie zij een langdurige relatie heeft. Ieder van hen heeft een eigen woning. De auto en de bewonersparkeervergunning staan op naam van de partner. Wanneer hij in januari 2011 overlijdt vraagt de vrouw Cition om de parkeervergunning op haar naam over te schrijven. Cition weigert dat; een bewonersparkeervergunning is niet overdraagbaar op een andere persoon. Alleen bij een aantoonbare duurzame relatie tussen de vergunninghouder en de persoon op wiens naam de vergunning overgeschreven moet worden én als beiden minstens zes maanden op één vergunningadres hebben samengewoond, kan op deze regel een uitzondering worden gemaakt. De  situatie van de vrouw voldoet niet aan de voorwaarden.  De vrouw dient een bezwaarschrift in en het stadsdeel verklaart dat ongegrond. De vrouw wendt zich tot de ombudsman.

De ombudsman overweegt het volgende. Hoe begrijpelijk de wens van de vrouw om de parkeervergunning van haar overleden partner over te nemen ook mag zijn, toch acht de ombudsman de motivering van de dienst om die wens niet te honoreren voldoende onderbouwd. Bij de beoordeling van de vraag of een uitzondering gemaakt kan worden op de hoofdregel wordt terecht strak vastgehouden aan helder omschreven criteria om misbruik en willekeur te voorkomen.