Een man vraagt de gemeente Weesp om verlenging van zijn rijbewijs. Hij staat weliswaar niet als inwoner ingeschreven in de gemeente Weesp, maar hij heeft er zijn hoofdverblijf. Hij wijst de gemeente bij zijn aanvraag op informatie van de Rijksoverheid dat personen zonder vaste woon- en verblijfplaats in hun plaats waar ze verblijven om verlenging van een rijbewijs moeten vragen. De gemeente weigert zijn verzoek met de motivering dat hij daarvoor bij de gemeente waar hij het laatst als bewoner stond ingeschreven, moet zijn. Daarom benadert hij de ombudsman. Pas als ook de ombudsman voor de tweede keer wijst op informatie van de Rijksoverheid, komt de gemeente tot de conclusie dat de gemeente de aanvraag wel in behandeling moet nemen. Achteraf blijkt de gemeente de afwijzing op een verkeerde aanname te hebben gebaseerd.
De gemeente had bij de beoordeling van de aanvraag de regels moeten naslaan, zeker nadat de gemeente geattendeerd was op informatie van de Rijksoverheid.